woensdag 31 december 2008

oud/nieuw

Kerkelijk gezien is het nieuwe jaar al begonnen, namelijk op de Eerste Advent (30 november ’08).

Dat in de (grote) protestantse kerken er een dienst is op 31 december is mij dan ook een raadsel.

Oud & Nieuw is in de kerk al herdacht. Op 31 oktober (of de zondag daar in de beurt) zijn de namen genoemd van hen die zijn “gepromoveerd tot eeuwigheid” en de eerste zondag van Advent luidt de nieuwe jaarkring in. En Kerst duurt t/m Driekoningen (6 januari).

Welke kerkeraad zal nu eens een eind maken aan het liturgisch wangedrocht dat Eindejaarsdienst heet? En dan dus ook geen Nieuwjaarswensen na de eerste zondagsdienst in 2009.

De oliebollen mogen blijven, want die zijn het hele (kerkelijke) jaar door lekker.

En ik vind dit alles heus niet omdat het voor mij als koster extra werk oplevert.

maandag 29 december 2008

klaar

Raar.

Ik zit nu klaarwakker en met wijdopen ogen voor m’n personele rekenaar te schrijven voor dit blog. Terwijl ik nu (01.55u) in bed hoor te liggen en te slapen.

Want de wekker staat op 07.30u en ik moet gewoon werken morgen.

De beker warme melk heb ik al een uur geleden gedronken. Maar daarna lag ik te draaien en te woelen. Radio Maria die mij normaal in slaap doet sukkelen irriteert en de Top 2000 op Radio 2 is bij 1651 ofzo.

Er is niets bijzonders waarover ik hoef te piekeren, er staat mij geen Groot Gebeuren te wachten en ik doe niet mee aan de Postcode Loterij, ik heb geen vage pijntjes, rare knobbeltjes of druk op de borst. Ik heb de laatste dagen ook niet iets spannends meegemaakt waardoor er teveel adrenaline in m’n bloed zit.

Dus niks om mij zorgen over te maken.

Maar wel klaarwakker.

Raar.

zaterdag 27 december 2008

spellen

Omdat van m’n tweede mobieltje, een Sony-Ericsson, de aan/uitknop lam was, heb ik onlangs een nieuwe handtelefoon aangeschaft.

M’n allereerste handy was een Ericsson T30s, met een slim klepje om de toetsen te beschermen en waarin je moest praten—zo leek het nog het meest op een gewone PTT-telefoon.

In mijn beleving staat Ericsson synoniem voor mobiel telefoneren en ik was erg gesteld op het enigszins rechthoekige design van hun toestelletjes.

Inmiddels is het dus Sony-Ericsson en kun je met een doorsnee mobieltje internetten, fotograferen, muziek beluisteren, de was drogen, koffie zetten, tv kijken en je oksels ontharen.

Dat wil ik dus allemaal niet. Ik heb een mooie fotocamera, muziek maken doe ik zelf (in m’n hoofd of/en zingend) en tv kijken op zo’n microschermpje lukt me niet zonder leesbril.

Maar een goedkoop toestel waarmee je alleen gebeld kan worden of zelf bellen (en tweemal per jaar een SMS-je versturen) wordt bijna niet meer gemaakt. Ook niet door Sony-Ericsson. En hun mobieltjes lijken steeds meer op die van Nokia.

De Sony-Ericsson J132 ‘Heaven Blue’ kwam nog ’t meest tegemoet aan mijn karige wensen. Hij is mooi mat zilvergrijs en roomwit aan de achterkant (dat zal wel niet lang duren). En er zit een radio-ontvanger (FM) op. Die ik dus niet gebruik, mede omdat de laagste volumestand nog veel te hard klinkt. Als beltoon heb ik een ‘ouderwetse’ telefoonrinkel.

Wat ik er het mooist aan vind, is de zaklantaarnfunctie. Dat betekent dat het schermpje intens wit licht uitstraalt. En die functie heet op dit toestel ‘toorts’. Wat een prachtig oud woord, toorts.

Het gekke is dat het Nederlandstalige menu zo inconsequent is. De J132 heeft het over Verjaardag, Toorts dus, enz., maar ook over Games. Terwijl Spellen toch goed Nederlands is. Waarom heeft de Japanner die menu’s van de ‘Heaven Blue’ moest vertalen wel Toorts in het woordenboek (waarschijnlijk een Koenen van 1950) gevonden, maar Games gewoon laten staan? Of was hij bang dat Spellen als werkwoord wordt gelezen?

donderdag 25 december 2008

Delftsch

Weinig tot geen interpunctie, de ‘u’ als ‘v’ en ‘g’ als ‘ch’ geschreven, fonetische weergave van woorden en ‘y’ en ‘ei’ voor dezelfde klank ‘ij’. Op http://www.bijbelsdigitaal.nl/ kun je de oudste Bijbelvertaling in het Nederlands bekijken, de zgn. Delftse Bijbel, zowel het origineel (1477) als een transcriptie. Zo schreven ze destijds (en misschien spraken ze toen ook zo):

INden beghin sciep god hemel ende aerde. Mer die aerde was onnut ende ydel: ende donckerheden waren op die aensichten des afgronts. Ende goods gheest was ghedraghen bouen den wateren. Ende god seide dat licht moet werden: ende dat licht wort ghemaect Ende god sach dat licht dattet goet wesen zoude: ende hi sceide dat licht van die donckerheden. Ende hi noemde tlicht den dach. ende die donckerheden die nacht. Ende het wort ghemaect tsauonts ende tsmoghens enen dach

En dit is wat de Nieuwe Bijbel Vertaling (KBS/NBG/VBS) ervan maakt:

In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde was nog woest en doods, en duisternis lag over de oervloed, maar Gods geest zweefde over het water. God zei: ‘Er moet licht komen,’ en er was licht. God zag dat het licht goed was, en hij scheidde het licht van de duisternis; het licht noemde hij dag, de duisternis noemde hij nacht. Het werd avond en het werd morgen. De eerste dag.

Zo ontwikkelt taal zich.

Toch vind ik ‘god zag dat het goed wezen zou’ veel mooier dan ‘God zag dat het goed was’. De laatste omzetting van de originele Hebreeuwse tekst lijkt een afgesloten toestand te beschrijven, een voorbije, verleden tijd; terwijl de Delftse vertaling vooruitkijkt. In 1477 was god nog zonder hoofdletter. ‘De donckerheden’ is ook veel poëtischer dan ‘duister’. Enzovoort.

Ik ben het NBG (en de studenten die het originele Delftse manuscript letter voor letter hebben uitgetypt) dankbaar dat ik dit zomaar bij mij thuis kan nalezen.

NLP

Wanneer ik weer eens sombere gedachten heb, neerslachtige monologues intérieur voer of/en ten prooi raak van depressieve neerwaartse cirkelredeneringen, dan haal ik een tweepagina strip van D. Goossens voor mijn geestesoog.

Dit is (ongeveer het enige) wat ik over de man (vrouw?) heb weten te googelen (in het Frans) een bijdrage op één of ander bulletinboard:

Béliers, quelle que soit la position des astres je ne vois rien de bon pour vous, pauvres débiles. Au fait, avez-vous des enfants ? Si oui, c'est L'encyclopédie des bébés de D. Goossens qu'il vous faut, ouvrage de référence, insurpassable. Si non, achetez-la tout de même, pour savoir ce que vous manquez ; puis, l'absence de rejetons vous laissant du temps pour lire, ajoutez ses autres albums, Panique au bout du fil ou Le messie est revenu (tout ça chez Fluide glacial) ou encore plein d'autres que je n'ai pas encore eu le temps de savourer. Vous trouverez chez Goossens la plus haute spiritualité jointe à un sens aigu de… de… Je ne trouve pas les mots. Goossens, ça ne se décrit pas, ça se prend dans la gueule.

Zelfs in het Frans heeft de recensent geen woorden om de humor van deze (Franse? Waalse?) stripper te beschrijven. Ik weet verder ook niets over Goossens, of zij man of hij vrouw is, of z/hij nog leeft en of z/hij nog tekent.

Ik bezit twee Nederlandstalige albums van Goossens, uit eind ’70/begin ’80 van de vorige eeuw: De Messias is wedergekeerd (hij woont in Pension Eden) en Het leven van Albert Einstein. Uitgegeven bij Yendor (inmiddels ook ter ziele).

De getekende sketch (uit De Messias…) die mij hardop doet giechelen en waarvan ik de dialogen hier uit m’n hoofd kan typen, is over het jongetje Thomas (“Wat is dat kind dom”) en diens steeds wanhopiger wordende godsdienstleraar. En dan gaat het ongeveer zo:

Catecheet: “Nou, wie weet het antwoord op de tweede vraag: wat is God de Vader?”

Thomas: “Hij is rood meneer.”

C.: Eeeeh nee Thomas, dat is niet helemaal goed, niet helemaal. […] Hij is goed, ik zeg dat hij vol goedheid is voor ons”

T.: O ja! ‘goed’, dat is ook zo. Ik wist wel dat het een kleur was maar ik wist niet meer welke.”

C.: Nee Thomas ‘goed’ is geen kleur. Het is een deugd. Thomas, weet jij wel wat een deugd is, weet jij wat goedheid is?”

T.: “Het is een kleur meneer.”

C.: “WÈÈÈLNNNEEE!!! HET IS GEEN KLEUR!!! DRIEDUBBELE IDIOOT!!!”

En bij die laatste zin laat Goossens een wild meppende leraar zien, terwijl Thomas de zijne afwerend omhoog houdt. Met meesterlijke techniek (want tekenen kan z/hij) weet Goossens deze klaslokaalscène met filmische levensechtheid in zwart-wit op het platte papier te krijgen. Het gaat nog even door (“Begrijp je nu wat goedheid is, Thomas, heb je dat begrepen?” “Ja, meester, ik zal het nooit weer doen.” “Juist wèl. JUIST WÈL!!! Thomas, je moet juist WEL goeddoen, uilskuiken! Wat ìs dat kind dom.”). De getergde leraar weet tenslotte niets anders te doen dan Thomas in de hoek te zetten. einde.

Het universum dat Goossens in de genoemde albums in beeld & tekst tevoorschijn roept is groot en breed in een per onderwerp wisselende en er precies bijpassende tekenstijl, maar vol van krankzinnig leuke humor. Het leven van Albert Einstein (“Ik moet dit met rood onderstrepen, dan springt het eruit”), Hedendaags Drama (“Heb je je kop weer gefotokopieerd, stuk ongeluk. En je loon, waar is m’n geld!”), Kerstverhaal (“Maar dit is toch geen briefje, dit is een drol”), Morton zijn zomaar wat titels in de albums die ik heb.

Jammer dat u de plaatjes er niet bij kunt zien. Ik zie ze wel voor me—ook zonder de albums in m’n hand te hebben—als ik op de fiets zit naar of van mijn werk of ’s avonds in bed. En met verschillende stemmetjes de verhalen als hoorspel in m’n hoofd afdraai. En dan ben ik niet zo treurig meer.

maandag 22 december 2008

zogezegd

De man vertoonde bij het ‘schoenincident’ een opvallend snel reactievermogen en lenige ontwijkingtechniek, dat ik bijna denk dat het allemaal in scène gezet was.

Waarom kwam hij verbaal dan zo klungelig uit de hoek, vooral zonder autocue? Bij zijn nakende afscheid nog eens wat citaten van president en fabulant George W. Bush.

Ze komen van het internet—vrijplaats voor complottheorieën, halve en hele onwaarheden, vermoedens, onoordeelkundige meningen, agitprop, roddel en achterklap—dus ik sta niet in voor de juistheid.

  • “The vast majority of our imports come from outside the country.”
  • “If we don’t succeed, we run the risk of failure.”
  • “I believe we are on an irreversible trend toward more freedom and democracy — but that could change.”
  • “Public speaking is very easy.”
  • “Verbosity leads to unclear, inarticulate things.”
  • “I have made good judgments in the past. I have made good judgments in the future.”
  • “People that are really very weird can get into sensitive positions and have a tremendous impact on history.”
  • “I stand by all the misstatements that I’ve made.”
  • “I’m not part of the problem. I am a Republican”
  • “Illegitimacy is something we should talk about in terms of not having it.”
  • “We are ready for any unforeseen event that may or may not occur.”
  • “It isn’t pollution that’s harming the environment. It’s the impurities in our air and water that are doing it.”
  • “We’re all capable of mistakes, but I do not care to enlighten you on the mistakes we may or may not have made.”

zaterdag 20 december 2008

bekeerd

Een persoonlijke bekeringservaring.

Mijn, ook op deze plek beleden, hartgrondige afkeer van Kerstmis met al de smakeloze kitsch, quasi-religieuze en oppervlakkige emoties beroerende Kinderachtigheid, is na lezing van een artikel in Trouw [comfortabeler tot u te nemen via de papieren variant, in een luie stoel met koffie, whisky en pijp binnen handbereik, dus wordt nu abonnee] veranderd in een meer positieve houding.

Net op tijd: morgen is het de Vierde Zondag van Advent.

vrijdag 19 december 2008

interim

Het bestaat. Het is een functie. Je kan het op je visitekaartje zetten. Of onder je handtekening.
Vandaag kreeg ik een brief die namens B&W is ondertekend met J.W.F.. En dan komt het: interim-hoofd samenleving.

I.n.t.e.r.i.m.h.o.o.f.d.s.a.m.e.n.l.e.v.i.n.g.

Dat is J.W.F. dus. Een beetje sneu is dat z/hij interim is. J.W.F. is dan wel samenlevingshoofd, maar in afwachting van een ander (beter?). Doet J.W.F. hoofd samenleving erbij, naast zijn eigenlijke werk als gemeentebode?

Ik weet niet wat je moet hebben gestudeerd of hoe je CV er uit moet zien om in aanmerking te komen voor ‘hoofd samenleving’. Maar het lijkt me een zware taak.

Fijn dat J.W.F. het voorlopig doet, zodat de samenleving (van mijn gemeente) vooralsnog niet stuurloos langs de Vecht dobbert. Van mij krijgt J.W.F. meteen promotie. Met een 13e maand èn eindejaarsuitkering èn bonus èn aandelen ING.
Lang leve J.W.F., hoofd samenleving!

maandag 15 december 2008

ongelovelijk

Vroeger, toen de PTT nog àlle brieven, (prent)briefkaarten en pakketjes & wat dies meer zij bezorgde (en nòg vroegerer zelfs tweemaal per dag), heette het een kettingbrief.
Zo’n brief die je voorspoed, fortuin, gezondheid beloofde als je deze doorstuurde naar twintig adressen. En die onheil over je afriep als je dat niet binnen 2 dagen deed. Je werd in zo’n brief ernstig gewaarschuwd om de “ketting niet te verbreken”.
Daarbij getuigenissen van mensen van meestal Zuid-Amerikaanse, Aziatische of Afrikaanse origine die dankzij het rondzenden van de brief miljonair waren geworden of/en genezen van kanker (èn eksterogen) of/en de baan van hun leven hadden gekregen of/en na jarenlang kinderloos te zijn geweest dankzij de brief nu trotse ouder waren van een drieling.
Nu is er het interweb (en SelektMail en Sandd). En krijg je van (vage) kennissen een email met als bijlage een .pps-diaserie.
Ik heb er vandaag zo-een ontvangen. De inhoud is dezelfde als de duizendmaal gefotokopieerde brief van weleer (compleet met een getuigenis van ene Pedro), maar nu met de wervelende effecten van MachtPunt. Ik heb 96 uur om twintig personen in familie- en kennissenkring deze email te forwarden, anders…
Ik hechtte nooit veel geloof aan dergelijke onzin, en ook deze electronische versie heb ik meteen met shift-delete naar de eeuwige binaire jachtvelden van mijn pc verwezen. (Met de hoop dat niet toch een Trojaans paard er zich genesteld heeft.)
Ik geloof niet in die dingen.
Maar ik geloof wel in (aan) God (de christelijke variant), de Incarnatie, Plaatsvervangend Lijden en Sterven en bovenal Opstanding van Jezus Christus en de Inspiratie van de Heilige Geest.
‘Magisch denken’, net zoals het geloof in een kettingbrief.
Wat is het verschil? Van zo’n brief zeg ik dat het bijgeloof is, maar van God verwacht ik wonderen (waarbij ik Hem toesta gebruik te maken van toeval en het onverhoopte).
Ben ik een huichelaar, door het ene te verwerpen en het andere aan te hangen? Is mijn geloof te klein? Doe ik aan bewustzijnsvernauwing?

zondag 14 december 2008

waterig

Ik ben er uit. Welke rechten, zo vroeg ik ons af, zouden nog toegevoegd horen te worden aan de 30 van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens?

Wat mij betreft iets over onbelemmerde toegang tot veilig water of/en gezondheidszorg. Over dat laatste wordt wel iets gezegd in Lid 1 van Artikel 25, maar ik zou er een apart artikel van willen maken.

Wat mij overigens opviel bij de exegese van de Verklaring, is dat deze niet ‘slechts’ rechten kent, maar dat er minstens één ‘verplichting’ in staat. En meteen al in Artikel 1. Lees maar [cursivering van mij]:

Artikel 1
Alle mensen worden vrij en gelijk in waardigheid en rechten geboren. Zij zijn begiftigd met verstand en geweten, en behoren zich jegens elkander in een geest van broederschap te gedragen.

Dus dat we er maar even aan denken, als we morgen weer in de file staan of onze (zelf)moordriem omgespen.

En over dat ‘geweten’ waarmee we begiftigd zijn (door wat, wie?) schrijft Michel Foucault in Discipline and Punish (1977):

Individuals are judged not according to whether their actions are right or wrong but are ranked according to how they compare to other individuals. Hierarchical observation and normalizing judgment are combined in the ‘examination’, which is the primary tool used to reinforce the former and achieve the latter.

zaterdag 13 december 2008

vrijdag 12 december 2008

sprokkelen

Altijd gevaarlijk om te sprokkelen in de Heilige Schrift, de bijbel. Getuige deze gedragsregels van een discussieforum op het interweb.

Comment Code of Conduct
I will express myself with civility, courtesy, and respect for every member of the Sojourners online community, especially toward those with whom I disagree—even if I feel disrespected by them.
(Romans 12:17-21 — 17 Vergeld geen kwaad met kwaad, maar probeer voor alle mensen het goede te doen. 18 Stel, voorzover het in uw macht ligt, alles in het werk om met alle mensen in vrede te leven. 19 Neem geen wraak, geliefde broeders en zusters, maar laat God uw wreker zijn, want er staat geschreven dat de Heer zegt: ‘Het is aan mij om wraak te nemen, ik zal vergelden.’ 20 Maar ‘als uw vijand honger heeft, geef hem dan te eten, als hij dorst heeft, geef hem dan te drinken. Dan stapelt u gloeiende kolen op zijn hoofd’. 21 Laat u niet overwinnen door het kwade, maar overwin het kwade door het goede. NBV)
I will express my disagreements with other community members’ ideas without insulting, mocking, or slandering them personally. (Matthew 5:22 — 22 En ik zeg zelfs: ieder die in woede tegen zijn broeder of zuster tekeergaat, zal zich moeten verantwoorden voor het gerecht. Wie tegen hen “Nietsnut!” zegt, zal zich moeten verantwoorden voor het Sanhedrin. NBV)
I will not exaggerate others’ beliefs nor make unfounded prejudicial assumptions based on labels, categories, or stereotypes. I will always extend the benefit of the doubt. (Ephesians 4:29 — 29 Laat geen vuile taal over uw lippen komen, maar alleen goede en waar nodig opbouwende woorden, die goed doen aan wie ze hoort. NBV)

Want dezelfde Paulus zegt in dezelfde brief aan de christelijke gemeente van Efeze (hoofdstuk 4 en 5):

22 Vrouwen, erken het gezag van uw man als dat van de Heer, 23 want een man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de kerk, het lichaam dat hij gered heeft. 24 En zoals de kerk het gezag van Christus erkent, zo moeten vrouwen in ieder opzicht het gezag van hun man erkennen. 25 Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven 26 om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden 27 en om haar in al haar luister bij zich te nemen, zodat ze zonder vlek of rimpel of iets dergelijks zal zijn, heilig en zuiver. 28 Zo moeten mannen hun vrouw liefhebben, als hun eigen lichaam. Wie zijn vrouw liefheeft, heeft zichzelf lief. 29 Niemand haat ooit zijn eigen lichaam, integendeel: men voedt en verzorgt het, zoals Christus de kerk, 30 want dat is zijn lichaam en wij zijn de ledematen. 31 ‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn.’ 32 Dit mysterie is groot–en ik betrek het op Christus en de kerk. 33 Maar ook voor elk van u geldt dat ieder zijn vrouw moet liefhebben als zichzelf, en dat een vrouw ontzag moet hebben voor haar man. 1 Kinderen, wees gehoorzaam aan je ouders uit ontzag voor de Heer, want zo hoort het. 2 ‘Toon eerbied voor uw vader en moeder, ‘dat is het eerste gebod waaraan een belofte verbonden is: 3 ‘Dan zal het u goed gaan en zult u lang leven op aarde.’ 4 Vaders, maak uw kinderen niet verbitterd, maar vorm en vermaan hen bij het opvoeden zoals de Heer dat wil. 5 Slaven, gehoorzaam uw aardse meester zoals u Christus gehoorzaamt, met ontzag, respect en oprechtheid; 6 niet met uiterlijk vertoon om bij de mensen in de gunst te komen, maar als slaven van Christus die van harte alles doen wat God wil. 7 Doe uw werk met plezier, alsof het voor de Heer is en niet voor de mensen, 8 want u weet dat allen door de Heer beloond worden voor het goede dat ze doen, zowel slaven als vrije mensen. 9 Meesters, behandel uw slaven op dezelfde manier. Laat dreigementen achterwege, want u weet dat zij en u dezelfde Heer in de hemel hebben, en dat hij geen onderscheid maakt.

UDHR

In 1948 werd de Universal Declaration of Human Rights aangenomen door de assemblee van de Verenigde Naties. Toen schreven ze met vulpen, lazen en maakten boeken, tijdschriften, kranten, hadden geen idee van zoiets als internet, laat staan pc’s. Maar ze schreven wel dit artikel, nummer 19 van de 30. Frappant wat? [Overigens, 30, waarom geen 28 of 41? Waarover zou ik nog een artikel willen toevoegen aan de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens? Dat is het huiswerk voor deze zater- en zondag].

Everyone has the right to freedom of opinion and expression; this right includes freedom to hold opinions without interference and to seek, receive and impart information and ideas through any media and regardless of frontiers.

woensdag 10 december 2008

toekomstmuziek

Het is weer tijd voor oudejaarsoverzichten. Dan is het wel leuk om te lezen wat men zich op de rand van 1907/1908 voorstelde van wat komen ging, volgens Jim Rasenberger in diens boek America, 1908. Vooral de vooruitziende blik van Hampton’s Magazine is opmerkelijk.

This morning [December 31, 1907], The New York World had published an essay to greet the New Year in which the paper’s editors looked back to the past, then ahead into the future. The title of the piece was simply “1808 – 1908 – 2008.” The World began by noting how far the country had progressed over the previous century. In 1808 […] the country’s population was a mere seven million souls. The federal government was underfunded and ineffectual.
The state of technology—of transportation, communication, medicine, agriculture, manufacturing—was barely more advanced than during the Middle Ages of Europe.
Now, in 1908, with the population of America at almost ninety million, the federal revenue was forty times greater than it had been a century earlier and America was on a par with Britain and Germany as a global power. U.S. citizens enjoyed the highest per-capita income in the world and were blessed with the marvels of railroads and automobiles, telegraph and telephone, electricity and gas. Banks of high-speed elevators zipped through vertical shafts of the tallest buildings on earth. Pneumatic tubes whisked mail between farflung post offices in minutes. Men shaved their whiskers with disposable razor blades and women cleaned their homes with remarkable new devices called vacuums. Couples danced to the Victrola in the comfort of their living rooms and snuggled in dark theaters to watch the flickering images of the Vitagraph. Invisible words volleyed across the oceans between the giant antennas of Marconi’s wireless telegraph, while American engineers cut a fifty-mile canal through the Isthmus of Panama.

From the glories of the present, The World turned to the question of the future: “What will the year 2008 bring us? What marvels of development await the youth of tomorrow?” The U.S. population of 2008 would be 472 million, predicted The World. “We may have gyroscopic trains as broad as houses swinging at 200 miles an hour up steep grades and around dizzying curves. We may have aero planes winging the once unconquerable air. The tides that ebb and flow to waste, may take the place of our spent coal and flash their strength by wire to every point of need. Who can say?”
[…]

Meanwhile, the very air seemed charged—it was, actually—with the possibilities of the infant wireless technology. “When the expectations of wireless experts are realized everyone will have his own pocket telephone and may be called wherever he happens to be,” Hampton’s Magazine daringly predicted in 1908, “The citizen of the wireless age will walk abroad with a receiving apparatus compactly arranged in his hat and tuned to that one of myriad vibrations by which he has chosen to be called… When that invention is perfected, we shall have a new series of daily miracles.”

Copyright © 2007 by Scribner Book Company.

maandag 8 december 2008

duidelijk


Een grafische weergave van de resultaten van een onderzoekje, dat iets duidelijk maakt over het één of ander.

dinsdag 2 december 2008

eerste


Am 1. August 1914 erklärte das Deutsche Reich Rußland den Krieg. Vom Balkon des Berliner Schlosses aus rief Kaiser Wilhelm II. die Deutschen zur Mobilmachung auf. „Mitten im Frieden überfällt uns der Feind. Darum auf zu den Waffen! Jedes Schwanken, jedes Zögern wäre Verrat am Vaterlande“, lauteten die später auf Tonband aufgenommenen Worte. Vor dem Reichstag postulierte der Kaiser: „Ich kenne keine Parteien mehr, ich kenne nur noch Deutsche.“ Selbst die Sozialdemokraten glaubten den Beteuerungen der Reichsregierung, Deutschland führe einen Verteidigungskrieg gegen das verhaßte zaristische Rußland.

Unter diesen Umständen wollten sie ein für alle Mal den Vorwurf, „vaterlandslose Gesellen“ zu sein, abstreifen und sich als Patrioten erweisen. Am 4. August 1914 bewilligte die SPD-Fraktion im Reichstag einstimmig die Kriegskredite. Innerhalb der Sozialdemokratie hatte sich eine Wandlung vollzogen. Die Mehrheit wollte zur staatstragenden Partei werden. Die Verfechter einer linksradikalen, Kaiserdämmung revolutionären Position—wie Rosa Luxemburg und Karl Liebknecht—sahen sich auf einmal in der Minderheit. Der Krieg sollte zum Ursprung einer folgenschweren Spaltung der deutschen Arbeiterbewegung werden.
Anfang August befand sich Deutschland mit den Großmächten Rußland, Frankreich und England im Krieg. Die industrielle Dynamik, mit der die Europäer zu Herrschern der Welt geworden waren, zeigte im Krieg ihre häßliche Fratze. Bis zum Kriegsende starben etwa 6000 Mann täglich, insgesamt fast neun Millionen Soldaten.

Die in der Julikrise aufgetretenen Führungsmängel des Kaisers wurden im Krieg noch offensichtlicher. Er war seiner Rolle als oberster Kriegsherr nicht gewachsen und mußte den Militärs das Kommando überlassen. „Der Generalstab sagt mir gar nichts und fragt mich auch nicht“, beklagte sich der Kaiser, „ich trinke Tee und säge Holz und gehe spazieren, und dann erfahre ich von Zeit zu Zeit, das und das ist gemacht.“

Sein Einfluß sank noch weiter, als Paul von Hindenburg und Erich Ludendorff im August 1916 die Oberste Heeresleitung übernahmen und eine Art Militärdiktatur errichteten. Nur die Fassade des souverän entscheidenden Monarchen wurde aufrechterhalten: Er blieb meist im Großen Hauptquartier, besuchte die Front und verlieh Orden. Von Kampfhandlungen hielt man ihn jedoch fern. Es war der Schein der Macht, der ihn umgab—seine Wirkung auf die Deutschen verel. „Der Kaiser wird mit jedem Tag mehr zum Schatten eines Herrschers“, schrieb die Fürstin Blücher im Juli 1917, „die Leute sprechen ganz offen von einer Abdankung.“

Schon im Oktober 1914 war der Krieg im Westen in einen Stellungskrieg übergegangen, in dem trotz zahlreicher blutiger Offensiven von beiden Seiten die Frontlinien sich bis 1918 nicht wesentlich veränderten. Im Osten dagegen konnte die russische Armee, die in Ost- und Westpreußen zunächst erhebliche Erfolge errungen hatte, von den deutschen Streitkräften unter dem Kommando des aus dem Ruhestand zurückgeholten Generals Paul von Hindenburg niedergekämpft werden.

Unterstützt durch die Russische Revolution von 1917 und die völlige Demoralisierung des russischen Heeres, gelang es den deutschen Truppen, bis zum Kriegsende 1918 weite Teile Rußlands zu besetzen. Dafür befand sich das Deutsche Reich—weil es den uneingeschränkten U-Boot-Krieg erklärt hatte—seit dem 6. April 1917 auch mit den USA im Krieg. Deren frischen Truppen hatten die erschöpften deutschen Verbände an der Westfront nichts entgegenzusetzen.

Doch je länger das Blutvergießen an den Fronten dauerte, desto lauter wurden die Proteste der Untertanen zu Hause. Die Heimatfront war kriegsmüde. Die Bevölkerung litt Hunger, verursacht durch die alliierte Versorgungsblockade. Mehr als 700.000 Menschen starben in den Kriegsjahren 1914 bis 1918 an Hunger oder Mangelerkrankungen. Radikale Sozialisten wie Karl Liebknecht fachten die Demonstrationen und Massenstreiks der Arbeiter an. Seit klar war, daß der Kaiser keinen Verteidigungs-, sondern einen Eroberungskrieg führte, war die SPD gespalten. Doch auch die gemäßigten Sozialdemokraten zusammen mit den anderen Mehrheitsparteien im Reichstag forderten unmißverständlich einen Verständigungsfrieden ohne Annexionen—und demokratische Reformen. Nach einer letzten großen Offensive im März 1918 war das deutsche Heer am Ende.
Ende September empfahl General Ludendorff dem Kaiser, um Waffenstillstand nachzusuchen. Darüber hinaus wurde Wilhelm II. von der Heeresleitung genötigt, am 30. September 1918 ein parlamentarisches Regierungssystem einzuführen—um die Friedensverhandlungen mit den Alliierten zu erleichtern. Der Kaiser von Gottes Gnaden hatte ausgedient. Unversehens fanden sich nun auch die Sozialdemokraten in der Reichsregierung wieder.

Als einen Monat später die Matrosen rebellierten, verlor der Monarch weitgehend den Bezug zur Realität. Obwohl ihn die Reichsregierung zur Abdankung drängte, tönte er noch am 1. November: „Wenn zu Hause der Bolschewismus kommt, stelle ich mich an die Spitze einiger Divisionen, rücke nach Berlin und hänge alle auf, die Verrat üben. Da wollen wir mal sehen, ob die Masse nicht doch zu Kaiser und Reich hält.“ Obwohl ihm seine Offiziere erklärten, daß nicht einmal die Truppen zu ihm stünden, weigerte sich Wilhelm II. bis zuletzt, auf den Thron zu verzichten. Auf Druck der Straße verkündete der neue Kanzler Max von Baden am Mittag des 9. November der Welt eigenmächtig die Abdankung des Kaisers—und übergab den Sozialdemokraten die Regierung.

Der Kaiser wurde nicht mehr gefragt. Am 9. November um 14 Uhr rief der SPD-Abgeordnete Philip Scheidemann vom Fenster über dem Hauptportal des Reichstagsgebäudes die Republik aus. „Der Kaiser hat abgedankt, er und seine Freunde sind verschwunden. Über sie alle hat das Volk auf der ganzen Linie gesiegt. Das Alte und Morsche, die Monarchie ist zusammengebrochen. Es lebe das Neue! Es lebe die deutsche Republik!“

Einen Tag später setzte der Kaiser sich in Richtung Niederlande ab. Es war das Ende der Monarchie in Deutschland—und das Ende von Wilhelms Weltmachtträumen. Er sollte seine Heimat nie wieder sehen. Der deutsche Ex-Kaiser starb am 4. Juni 1941 auf seinem Schloß Doorn im holländischen Exil.

[Aus dem Begleitbuch zur ZDF Sendereihe „Die Deutschen“ aus dem C. Bertelsmann Verlag]

vrijdag 28 november 2008

moppig

Dan nu maar eens de leukste mop ter wereld, of liever gezegd de grap waar wereldwijd de meeste mensen om moeten lachen. De universiteit van Hertfordshire, benoorden Londen, deed in 2001 onderzoek naar verschillen in gevoel voor humor wereldwijd. Met als beperking dat er wat meer westerlingen en wat minder Afrikanen en Aziaten aan meegedaan hebben. Onderzoekers van het LaughLab van de universiteit (ik probeer me voor te stellen hoe dat laboratorium er uit ziet) vroegen deelnemers hun leukste grap in te sturen. Op grond daarvan maakten ze een top tien van grappen en vervolgens legden ze die weer voor aan lachers in verschillende landen. Om deze werd het meest en hardst gelachen:

De leukste mop ter wereld

Een stelletje jagers [uit New Jersey] loopt in de bossen. Eén van hen valt plotseling. Hij ademt niet meer, zijn ogen draaien weg. De ander pakt zijn mobieltje en belt 112. ’Mijn vriend is dood. Wat moet ik doen?’ De telefonist van 112 zegt: ’Rustig, ik help je wel. Eerst moet je zeker weten of hij echt wel dood is.’ Het is even stil, er klinkt een schot. De jager komt weer aan de telefoon. ’Ja. En wat nu?’

Een uitkomst van het onderzoek was ook: Duitsers [!] hebben het breedste gevoel voor humor, Amerikanen en Canadezen lachen om grappen die hun superioriteitsgevoel voeden. Denen, Fransen en Belgen houden van absurde, surrealistische grappen.

zaterdag 15 november 2008

feiterig

Je kunt het meeste leren van en over jezelf door de ogen van anderen. Daarom is het leuk om in het CIA Factbook 2008 te lezen wat de USAmerikanen over ons te melden hebben.

Zo heb ik geleerd dat het percentage Nederlanders dat onder de armoedegrens ‘leeft’ 10,5% is. ‘We’ produceren 76.000 barrels olie per dag, consumeren 1 miljoen barrels per dag, exporteren 1,5 miljoen barrels p/d en importeren 2,5 miljoen barrels p/d. Onze export partners zijn: Duitsland 24,4%, België 13,5%, Verenigd Koninkrijk 9,1%, Frankrijk 8,5%, Italië 5%, en de VS 4,4%. Import partners: Duitsland 17,6%, China 10,5%, België 9,3%, VS 7,3%, VK 5,8%, Rusland 5%, Frankrijk 4,4% en dan gaat het om “machinery and transport equipment, chemicals, fuels; foodstuffs, clothing”. Onze gemiddelde leeftijd is: 40 jaar (vrouw 41 jaar; man 39 jaar). De samenstelling van de bevolking is: Nederlands 80,7%, EU 5%, Indonesisch 2,4%, Turks 2,2%, Surinaams 2%, Marokkaans 2%, Antilliaans & Aruba 0,8%, ‘ander’ 4,8%. Qua godsdienst ziet het er zo uit: RK 30%, Protestant 11%, Calvinist 6%, ander Protestant 3%, Moslim 5,8%, ander 2,2%, geen 42%. (Dus waar zeurt de Fa. Wilders & Verdonk eigenlijk over).

Het zijn wat willekeurige cijfers, ik geef ze maar even door. Of ze kloppen weet ik niet. Tenslotte was het de CIA die zeker en vast meende dat er massavernietigingswapens lagen opgestapeld in Irak. Ik hoop dat Bush de pagina ‘Nederland’ van het CIA Feitenboek even heeft opgezocht, toen PM Balkenende wegens dringende familie-omstandigheden moest afzeggen voor de Wereldeconomietop. Dan had hij kunnen weten dat de gemiddelde levensverwachting van de Dutch 79 jaar is (vrouwen 82 jaar; mannen 77).

maandag 10 november 2008

vierletterwoord


Van de netstek http://www.picturesofwalls.com/ (te vinden via de link 'Walls of Wisdom' rechtsboven deze pagina.

vrijdag 7 november 2008

Douglass


En dit is een portret van de man.

barak

At a time like this, scorching irony, not convincing argument, is needed. O! had I the ability, and could reach the nation’s ear, I would, today, pour out a ery stream of biting ridicule, blasting reproach, withering sarcasm, and stern rebuke. For it is not light that is needed, but re; it is not the gentle shower, but thunder. We need the storm, the whirlwind, and the earthquake. The feeling of the nation must be quickened; the conscience of the nation must be roused; the propriety of the nation must be startled; the hypocrisy of the nation must be exposed; and its crimes against God and man must be proclaimed and denounced. […] Go where you may, search where you will, roam through all the monarchies and despotisms of the Old World, travel through South America, search out every abuse, and when you have found the last, lay your facts by the side of the everyday practices of this nation, and you will say with me, that, for revolting barbarity and shameless hypocrisy, America reigns without a rival.

Dit zijn de woorden van, nee niet de aankomende president van de VS van A, maar van Augustus Washington Bailey, a.k.a. Frederick Douglass, in een speech t.g.v. de 4e juli, Onafhankelijkheidsdag, bij een herdenking van het ondertekenen van de Declaration of Independence (van Groot-Brittannië).

Hij deed die toespraak in 1852 toen slavernij nog de gewoonste zaak van de wereld was in de VS. En net als Obama was Douglass—de naam die hij aannam nadat hij uit slavernij ontsnapt was—een neger, d.w.z. een zoon van een slavin en een onbekende (witte) plantagehouder.

Andere tijden, terug naar de onze.

donderdag 6 november 2008

zondag 2 november 2008

herkenbaar

De medische industrie, die mijn gezondheid zegt te willen nastreven heeft dr. A. Klink, Minister van Volksgezondheid, Welzijn & Sport, zo gek gekregen om mijn “relevante medische gegevens”, samen met die van alle andere Nederlanders, in een grote computer op te slaan, zodat huisartsen, apotheken en ziekenhuizen met één druk op de knop die gegevens kunnen delen.

EPD heet ‘t. Een naam die klinkt als weer een nieuw doping.

Waarbij tientallen artsen betrokken zijn die de graag presterende wielrenner om het hardst verzekeren dat dit middel heus ongevaarlijk is voor de gezondheid èn dat geen enkele bloed- of/en urinetest het kan aantonen. Medisch verantwoord dus.

We moeten collectief aan de EPD. Dat vermindert de kans op medische fauten. Z.E. Dr. A. Klink schrijft invoelend: “Bovendien hoeft u dan niet iedere keer weer uw ziektegeschiedenis te vertellen. Dat voorkomt ergernis. U zult dit misschien herkennen.”

Ergernis, dàt herken ik wel.

Ergernis over dit onzalige idee, dat de geachte minister voornemens is verplichtend voor te schrijven aan alle zorgverleners. Tenmeeste als Eerste en Tweede Kamer het wetsvoorstel dienaangaande goedkeuren.

Ik roep eerdere geldverslindende en niets opleverende automatiseringsprojecten van de overheid in herinnering. Het integreren van de cliëntengegevens van de UWV en CWI, dat nog steeds niet werkt. De OV-chipkaart. Of het Numeri-fiasco van de PKN.

Wìl ik wel dat elke stagiaire bij mijn lokale apotheek straks kan nalezen wat ik allemaal mankeer als ik daar mijn maandelijkse dosis pretpillen kom halen? En wat als de zorgverzekeraars toegang krijgen tot voor hen relevante medische gegevens?

Dr. A. Klink begint een monstrueus IC-project, terwijl ons parlement dat nog moet goedkeuren.

Op dit moment zijn tientallen en waarschijnlijk honderden IT’ers bezig met schrijven en implementeren van vernuftige computerprogramma’s. En straks hoeft het misschien niet eens meer. Ik zie de Kamervragen al voor me, parlementaire onderzoeken, Rekenkamerrapporten, accountantsverklaringen. Miljoenen euro’s voor weer een IC-debâcle.

En de hackers zitten al klaar om mijn gegevens bij de huisarts ‘aan te passen’. Ik ga er van uit dat ze eerst beginnen bij die van Klink’s huisarts, om een voorbeeld te stellen.

maandag 27 oktober 2008

blokkig

Dit heb ik vanavond gecomponeerd m.b.v. Picasa.
Als het geschilderd was, zou ik er dan geld voor kunnen vragen? En zo ja, hoeveel? 10.000 euro?
Ik heb het ook gemaakt om het curieuze woord 'geüpload' weer te kunnen zien. Dat staat in de mededeling dat een door mij verzonden afbeelding bij Blogger is aangekomen ("De afbeelding is geüpload door Blogger. Druk op 'gereed' om verder te kunnen gaan").

zondag 26 oktober 2008

prik

Op het weblog ‘Standplaats Europa’ bericht Trouw-correspondent Frans Dijkstra over wat er broeit in de wandelgangen van de Europese Unie.

En zo hebben we nu weet van gouden en zilveren speldjes die toegang geven tot vergaderingen en vooral het diner achteraf bij Europese top-ontmoetingen. Citaat:

In het hoofdkwartier van de EU-lidstaten gelden strikte regels hoeveel mensen van ieder land aan tafel mogen zitten. Voor elk van de 27 landen zijn drie speldjes beschikbaar die presidenten en ministers op hun colbertje mogen prikken: twee zilverkleurige voor ministers en een goudkleurige voor de leider. Dat gouden speldje geeft toegang tot het o zo belangrijke diner, waar alleen presidenten en regeringsleiders welkom zijn. Voor en na het diner mag een land maximaal twee speldjesdragers aan tafel hebben zitten.
Ook het aantal diplomaten en ambtenaren dat in de buurt van de tafel mag komen, is beperkt. De ambassadeurs hebben een van de twee beschikbare rode passen en mogen overal binnenlopen. Hulptroepen die de ministers van huis meenemen, krijgen een blauwe pas, waarvan er tien zijn. En dan zijn er nog zeven grijze passen voor diplomaten en andere ambtenaren die op een afstand moeten blijven, maar die wel op de hoogte worden gehouden van wat er aan tafel gebeurt.

Ik ben nu alleen nog benieuwd naar hoe die speldjes eruit zien.

vrijdag 24 oktober 2008

werels

Het valt niet mee, de Nederlandse taal. De VVV-netstek van Gerolstein (BRD) heeft naast een Duitse versie een Engelse en een Nederlandse. Dan krijg je dus zoiets:
Wat er te ontdekken valt, een korte intro over het Gerolsteiner Land
Kaarsrecht omhoogreikende dolomietrotsen, werelsberoemde mineraalwaterbronnen, talrijke burchten uit de middeleeuwen, dichte bossen en wijdse velden karakteriseren het Gerolsteiner Land. Bekend als thuisland van de grootste Duitse mineraalbronnen en de prof-wielerploeg Gerolsteiner, maar ook om zijn vulkanisch verleden en zeer bijzondere natuurschoonheid biedt het vakantiegebied haar gasten aan. Wij tonen u de met sagen omringde burchten en de meest curieuze musea van onze regio, laten u kennis maken met fraaie fiets- en wandelroutes en vertellen u waar tegenwoordig nog adelaars vliegen e wolven huilen en ook hoe u kunt ervaren hoe water en schnaps gebottled worden. Wij geven u tips over waar u welke sport bij ons kunt beoefenen en waar u in het Vulkaaneifel Europese Geopark de spectaculairste wonderen van ons vulkanisch verleden kunt beleven. Ook de bruisende stad Gerolstein met zijn vele gezellige café’s en speciaalzaken en in het idyllische vakantiegebied van onze regio komt u niets te kort. Duikt u eenvoudig onder in het avontuur „Gerolsteiner Land“.

Verbeter zelf de fouten. (Dat ‘werelsberoemde’ zien we door de vingers, typefautje.)

donderdag 23 oktober 2008

waxinig

Bij de HEMA (die van de prachtige tagline ‘de gewoonste zaak van de wereld’, die ze helaas niet meer gebruiken—waarom eigenlijk, want ik vind die zin een krachtige samenvatting van waar de Hollandsche Eenheidsprijzen Maatschappij voor staat) kun je 100 theelichtjes kopen voor € 4,-- met een brandduur van geen 4 maar 6 (zegge zes) uur.


Voor de 4-urige waxinelichtjes vraagt de HEMA € 3,50.

(Ooit had de HEMA waxinelichtjes zonder aluminium cupjes. Die kocht ik altijd, want aluminium kost nog al wat energie en natuur bij het delven en verdere verwerking. Heel milieubewust van de HEMA. Maar die verkoopt de HEMA al lang niet meer. Van de HEMA-consumentenserviciant van dienst vernam ik dat cuploze waxinelichtjes gewoon niet líepen en waxinekaarsjes mèt cup goedkoper zijn bij inkoop dan waxinelichtjes zònder. Waarom dat zo is, wist de consumentenserviceverlener ook niet. Het heeft volgens mij iets te maken met het Reëel Bestaande Kapitalisme dat heel goed weet wat iets kost, maar niets weet van waarde.)

Waxinelichtjes die zes uur branden in plaats van vier. Twee uur extra en dat voor € 0,005 per kaarsje meer, als mijn pocketcalculator goed rekent.

Ik heb elke avond dat ik thuis ben drie waxinelichtjes branden in een gelijk aantal kaarsenhouders. Knus &zo. Meestal zijn ze opgebrand als ik naar bed ga. Dat wordt dus nu twee uur later. Het is duivels lastig een half of 2/3 opgebrand waxinelichtje na doven (nooit blazen, dat spettert) weer aan te steken.

Dus moet je het ding gewoon helemaal uit laten sfeerverlichten en daar moet je bij in de buurt blijven (brandgevaar!).

Normaal doe ik de waxinekaarsjes rond een uur of ½8 aan dus reken maar uit.

Eigenlijk vind ik waxinelichtjes met zes branduren decadent. En niet passen bij de gewoonste zaak van de wereld.

maandag 20 oktober 2008

eigendommelijk

Ik heb afgelopen zater- en zondag gebruik gemaakt van het aanbod van twee openbaar vervoer-leveranciers: de NS en Syntus (Syntus rijdt met 2 types treinen: Het overgrote deel wordt gereden met de moderne Lint-41. Er rijden momenteel 24 treinen van dit type bij Syntus. Naast de Lint-41 hebben wij ook nog 9 DM’90’s, in de volksmond beter bekend als “de Buffel”. De Lint-41 wordt gebouwd bij de Alstom LHB fabriek in Salzgitter (Duitsland). Het eerste treinstel is in januari 2001 afgeleverd waarna de rest volgde. Inmiddels rijden er 24 treinstellen van het type Lint-41 bij Syntus. De Lint-41 heeft een eigentijds uiterlijk. Typerend zijn de grote ramen en het transparante interieur. De reizigers kunnen de bestuurder zien door een transparante cabinedeur. Elke trein beschikt over 144 zit- en ruim 100 staanplaatsen. Alle treinen zijn voorzien van airconditioning. De vloer ligt op dezelfde hoogte als de perrons. Dat maakt de trein goed toegankelijk voor mensen die slecht ter been zijn, rolstoelgebruikers, kinderwagens enz. De treinen zijn minder belastend voor het milieu door het lagere brandstofverbruik en de moderne geluidsarmere dieselmotoren. De Lint is een transparante trein: er zijn geen tussendeuren en geen compartimenten. Er is geen toilet ingebouwd dat het zicht in de trein en op de reizigers belemmert. De bestuurder heeft zodoende overzicht over de hele trein en kan zo goed contact houden met de reizigers. De moderne treinen zijn met name bedoeld voor de kortere afstand. In de Lint worden de stations automatisch omgeroepen. Tevens worden daarbij de overstapmogelijkheden vermeld. De light-railtreinen van Syntus, de Lint 41, zijn vernoemd naar bekende streekgenoten. Iedere Lint heeft zo op de buitenkant een eigen naam van een beroemd persoon uit het heden of verleden. In iedere Lint bevindt zich daarnaast een afbeelding met beschrijving van de betreffende persoon. Syntus wil hiermee haar intensieve binding met de regio en haar inwoners benadrukken: Masha Bijlsma – Jazz-zangeres; Hans Keuper – Zanger Boh Foi Toch; Ernst Daniel Smid – Opera-zanger; Hendrickje Stoffels – Vrouw van Rembrandt van Rijn; Spoorjan Willink – Oprichter Achterhoekse spoorwegen; Gerrit Komrij – Schrijver/Dichter; A.C.W. Staring – Historicus/Dichter/Schrijver; Bennie Jolink – Schilder/Zanger Normaal; Sandra Vanreijs – Country-zangeres; Nout Wellink – President-directeur De Nederlandse Bank; Erik Breukink – Oud-Wielrenner; Berend van Hackfort – Krijgsoverste in dienst van Karel van Egmond; Wim Rijkenbarg – Voorzitter vervoeroverleg Regio Achterhoek; Gerard te Broke – Oud-Atleet; Jovink en the Voederbietels – Achterhoekse rockband; Monique Wolbert – Kunstenares/zangeres; Johan de Bondt – Oud-Gedeputeerde Provincie Gelderland; Tante Riek – Verzetstrijdster WW2; Bert Haanstra – Filmmaker; Willem Wilmink – Dichter en schrijver; Hennie Kuiper – Oud-Wielrenner).

Over hun dienstverlening geen klachten. Beide vervoersbedrijven reden op tijd, zonder vertraging volgens de aangegeven tijden, met schone voertuigen en een zitplaats.

Wat mij opviel was dat de intercom in de Syntus mij waarschuwde om bij het verlaten van de trein te denken aan mijn eigendom (enkelv.) en die van de NS vroeg bij uit- of overstappen te denken aan mijn eigendommen (meerv.).

Wat wil dit zeggen?
Hebben Syntus-reizigers minder bagage bij zich dan NS-reizigers? En komt dat omdat de trajecten van Syntus korter zijn dan die van de NS? Of zijn NS-reizigers rijker en hebben ze dus meer spullen bij zich dan de Syntus-passagier?

Volgens mij is ‘eigendommen’ in dit verband slecht Nederlands en zou de NS-intercom moeten zeggen “uw persoonlijke bezittingen” of zoiets. Volgens mij doet Syntus het taalkundig beter, want ‘eigendom’ kan bestaan uit één of meer zaken.

Bovendien heeft de omroeper van Syntus een prettig klinkende oosterse tongval, die goed aansluit op het gebied waar Syntus opereert, nl. Twenthe en Achterhoek.

woensdag 15 oktober 2008

spassig

Nu weet ik waarom mijn schrijfsels nog bij lange na niet het niveau van een pak ‘m beet Kees van Kooten hebben. Ik heb geen TWEN T 700 DS typemachine van Triumph-Adler AG (www.ta-schreibmaschinen.de). Gelukkig zag ik net hun advertentie; ik kan nog ‘Profi in Sachen Textgestaltung’ worden, want model TWEN T 700 DS beschikt o.a. over: Zeilenschaltung, Halbschrittschaltung, Stechwalzenfunktion, Speicherinhaltsverzeichnis en de functie Silbentrennvorschläge beim Drucken. Let ook op dat prachtige woord ‘Unwägbarkeiten’. [Bij hoofdletters schrijft men in het Duits dubbel-S en niet ß].

SCHREIBEN MACHT SPASS

Ganz gleich, ob Sie im Chefsekretariat oder in einem Schreibbüro große Textmengen zu bewältigen haben, mit einer twen-Professional sind Sie für alle Unwägbarkeiten des Büroalltages bestens gewappnet.

Die ergonomische Form und eine Vielfalt an praktischen Funktionen machen die twen T 700 DS zu einem Top-Modell ihrer Klasse.

Beschriften von DIN A3 im Querformat ist nur eine der Herausforderungen, die dieses Modell problemlos meistert. Darüber hinaus ist die twen T 700 DS mit ihrem Display, dem Textspeicher für bis zu 40 Schriftstücke und den vielfältigen Textbearbeitungsfunktionen ein Profi in Sachen Textgestaltung.

Die twen-Professionals — Schreibmaschinen, die für Qualität und Wirtschaftlichkeit stehen.

Noch ein Tip: Mit dem Original Zubehör der ta triumph-adler AG stehen Ihnen hochwertige Farbbänder und viele individuelle Schriften zur Verfügung!

dinsdag 14 oktober 2008

onderhoud

De Amerikaanse uitgevers van de NLT-bijbel (een soort Groot Nieuws Bijbel in het Engels) geven niet alleen leeswijzers en hulpmiddelen om de tekst te begrijpen, maar ze hebben ook waardevolle suggesties voor het onderhoud:

  • Bible Care Tips
  • As soon as you get your Bible home, we recommend “breaking it in”. This can add years of life to your Bible by making the spine more flexible. First, hold the closed Bible in one hand with the spine flat on a table. Then hold all of the pages together and let the covers slowly fall to the table. Next, take a section of pages from the front of the Bible and lay them down, running your fingers across the top page, near the crease, pressing gently. Still holding most of the pages upright in your hand, repeat, taking a section of pages from the back of the Bible. Continue repeating this process […].
  • Keep your Bible out of direct sunlight. Sunlight will cause the colors of the cover to fade.
  • Keep your Bible dry. Humidity and dampness will produce mold in your Bible. Exposure to water will also ripple pages and deform the book.
  • Do not drop your Bible, this causes both the cover and pages to loosen and come apart. Keep your Bible away from insects and pets; they love to chew on them!
  • If you store your Bible upright on a shelf, make sure it is supported by books on either side.
  • The best way to care for your leather Bible is to use it! The natural oils from your hands actually nourish the leather fibers. There is no need to apply any additional cream, oil, or wax.

Doe er je voordeel mee! Ik ben de rest van de avond drukdoende mijn bijbels te "breken".

herfstig

Herfst 2008. De bladeren vallen. En de bomen groeien niet langer tot in de hemel.
Posted by Picasa

zaterdag 11 oktober 2008

pas

Mijn verhuurder dep BV (‘beheer ● koop–verkoop ● huur ● verhuur ● hypotheken ● assurantiën’), bij monde van de heer H., deelt per brief mede dat “in verband met de regelmatig terugkerende problemen met cilinders en sloten wij een passensysteem aan hebben laten leggen bij alle afgesloten entreedeuren, hierdoor worden sleutels overbodig.”

Het gaat hierbij om de toegangsdeur van het flatgebouw, de kelderruimte en naar het winkelcentrum, waarboven ik vierhoog woon.

Dhr. H. vervolgt: “Om u zo goed mogelijk van dienst te zijn zal ondergetekende op bepaalde dagen en tijden langskomen om de passen uit te reiken en de sleutels in ontvangst te nemen.”

En dan volgen data en tijden:
Donderdag tussen 10.00u en 12.00u of 13.30u en 15.30u.
Vrijdag tussen 10.00u en 12.00u of 13.30u en 15.30u.

Dat was dus gisteren en eergisteren. Ik werk dan (nòg wel, moet je er in deze smeltende economie bij zeggen). Tussen 8.00u en 16.00u (en meestal later).

Dhr. H. heeft dus viermaal vergeefs bij mij aangebeld—ik ga uit van zijn hoge taakopvatting zodat hij donderdag èn vrijdag ’s morgens èn ’s middags is langsgeweest.

Dus stuurde Dhr. H. van dep BV mij andermaal een brief: “Tijdens de gelopen ronden voor het omwisselen van de entreedeursleutels voor toegangspassen hebben wij u niet thuis getroffen. Wij bieden u de gelegenheid om alsnog de sleutels om te wisselen bij ons op kantoor. Ons kantoor is geopend van maandag tot vrijdag van 8.30u tot 12.30u en 13.15 tot 17.00u. “

Ik werk dan (nòg wel, moet je er in deze smeltende economie bij zeggen). Tussen 8.00u en 16.00u (en vaker later).

Dhr. H. voegt er nogal dreigend aan toe: “Let op de cilinders worden op maandag 27 oktober 2008 verwijderd uit de sloten u kunt dan alleen met de pas binnen komen.”

H. laat interpunctisch gezien wat steken vallen in de laatste regel. Ik zou na ‘let op’ een ! gezet hebben. En na ‘uit de sloten’ een komma of punt.

Maar mijn voornaamste zorg is dat ik na 27 oktober niet meer mijn flat in kan.

En ik heb geen auto meer en kan dus niet als duizenden Amerikanen daar een slaapkamer van maken (wat hebben die het toch goed en maar klagen).

H. is mij helemaal niet “zo goed mogelijk van dienst” en dan nog dreigen ook.

Ik heb nog twee weken de tijd om H.’s agenda en de mijne naast elkaar te leggen.

Dat lijkt me moeilijk, dus vraag ik hier alvast of u nog plaats heeft voor een pijprokende man van eind-40, met heel veel boeken, L.P.’s en C.D.’s en een neiging tot verrommeling.

zondag 5 oktober 2008

kan

Het is toch wel raar. Tientallen jaren lang is ons van overheidswege verteld dat ‘de markt’ alles goedkoper, sneller, efficiënter en dus beter kon dan Vadertje Staat.

Dus werden alle openbare voorzieningen geprivatiseerd: electriciteit, gas, water, Post, Telegraaf & Telefoon, thuiszorg, ziektekostenverzekeringen, ….

De markt kon z’n gang gaan. En de handelaren van die markt laten/lieten hun eigenbelang boven dat van het algemeen belang gaan. Dat hoort zo op een markt.

Dat deden ze niet alleen voor zichzelf, maar ook voor de duizenden (miljoenen) grote, kleine en institutionele beleggers. Ook de pensioenfondsen in opdracht van hun cliënten (o.m. ik) wilden winst maken. En hoe groter het risico, des te hoger de winst. Dat is handel.

Dan is het toch raar dat ‘we’ nu lopen te schelden op al die snelle meiden en jongens (en hun bovenbazen) die voor, namens en ten bate van ons het onderste uit de kan wilden halen, met steeds wildere financiële machinaties en manipulaties.

Ik verwacht van hen dan ook geen excuses; ik kan zelfs enige bewondering voelen voor hun ragfijn spel (om me daarna hoofdschuddend af te vragen of ze met hun knappe koppen niet op tijd zagen aankomen, dat de poep de ventilator zou gaan raken).

Wel zie ik graag excuses tegemoet van al de Ministers van Financiën, Economie, Sociale Zaken van de afgelopen twintig à vijfentwintig jaren, die ons hebben voorgehouden dat als de markt alle ruimte krijgt, alles vanzelf (“The Invisible Hand”) goed zou komen.

donderdag 2 oktober 2008

populair

De Gebroeders Mael (Ron & Russell), opererend onder de naam SPARKS (niet The Sparks, dat is/was een Amerikaans country-gospel groepje), hebben altijd de vinger aan de snelkloppende polsslag van de heedendaagsche cultuur gehad.

Op »Sparks In Outer Space«, uit 1983 [!], voorzagen deze zieners de MSN- en Hyvesgeneratie, met het nummer ‘Popularity’:

I like you and you like me a lot
And we do those things that can make us feel hot
Then we join some friends, all of them are all right
And we talk a while, then we climb in our cars

What a night, we all drive into town
Where we'll park our cars, and meet the rest of our friends
At a place that's called, I forget what it's called
But it's really great, and all our friends will be there

Popularity
Popularity

I like you and you like me a lot
And it's nice to be all alone with you too
But it's also nice being out with our friends
Cause they're all all right, maybe that's why we're friends

Popularity
Popularity

I feel great, but it's getting real late
So I'll drive you home and you'll slide up real close
I'm so glad we met, and I like you so much
And I'm also glad that I got all those friends

Popularity
Popularity
Popularity

[Tekst & muziek: Ronald D. Mael/Russell Craig Mael]

woensdag 1 oktober 2008

21/9

De dag van 21 september is ongemerkt aan mij voorbij gegaan, afgezien van de afkalvende Wall Street.
En het was nog wel de door de VN ingestelde ‘Internationale Dag van Vrede & Wereldwijd Staakt-het-vuren’ (International Day of Peace and Global Ceasefire): “It is a day when the world can pause to think about ways to make justice and peace the project and the goal of daily life.”
Iets van gemerkt? Ik niet.
Bij mijn weten is er die dag geen geweer niet afgegaan, geen granaat minder geworpen, geen mortier niet afgevuurd, geen mijn minder gelegd.
Waarom hebben we het zo moeilijk om de vrede te bewaren, laat staan te stichten?
Jacobus schreef een brief, die via de Bijbel aan ons is overgeleverd. Hij schrijft o.a.:

1Waar komt al die strijd, waar komen al die conflicten bij u toch uit voort? Is het niet uit de hartstochten die strijd leveren in uw binnenste? 2U verlangt naar iets, maar krijgt het niet. U bent jaloers en moordlustig, maar bereikt uw doel niet. U bekvecht en twist met elkaar. U krijgt niets omdat u niet bidt. 3En als u bidt ontvangt u niets, omdat u verkeerd bidt: u wilt alleen uw eigen hartstochten bevredigen. [Jakobus 4:1–3, NBV]
Violence arises from fear born of deception (Geweld ontstaat uit angst, voortkomend uit misleiding) zegt Dr. Valerie E. Dixon op http://www.justpeacetheory.com.
Daar ga ik eens goed over nadenken.

dinsdag 30 september 2008

fataal

De Psalmen (in de bijbel) zijn gedichten, maar door een levenslange blootstelling eraan (al dan niet in berijmde vorm) vergeet ik dat nog wel eens. Dan is het mooi dat iemand als Anton Korteweg is gaan stoeien met taal n.a.v. Psalm 139:
Goed, wij samen, toch
Onder en boven, je bent om mij heen; ik in je, je
weet van mij alles. Dat je me omringt, nou ja, me
doordringt, alles weet uit hoofde van jij, alla, maar
dat je daar ook nog op uit bent! Geen
plaats van je is er die, wil hij, niet ziet mij, die
niet in zich heeft mij. Ver weg of dichtbij, in
de kraag pak je me; geen kant kan ik op, in
Den Haag niet en nergens — licht is er niets bij.
Niet raak ik me ergens in kwijt en niet
in de tijd: wat ik ook maar van plan ben, waar
en wanneer, je wist het al lang dat ik toen dat en dat; dat
ik knap in elkaar, heb je wel voor gezorgd.
Enfin, gebonden zijn, gekend, in iemand zijn, erg is het, maar
niet is nog erger misschien. En altijd, hoe dan ook: ik denk
aan je, op de gekste momenten, en nooit
niet eens niet. Het moet wel dat ik van je hou, de
pest heb aan wie de pest aan je heeft. Ken
me dan maar, weet wie ik ben en doe maar.
Anton Korteweg — uit: Nieuwe Psalmen – Parmentier 6 (1995), nr. 4.
Via de ondoorgrondelijke weg van dóórklikken en Google-acties op het interweb (en deze foutmelding Fatal error: Maximum execution time of 30 seconds exceeded in C:\SojoNet\blog\godspolitics\wp-includes\post-template.php on line 82) kwam ik deze herschrijving tegen.
Om uit te knippen, te bewaren in de huis-Bijbel of/en van buiten te leren.

maandag 29 september 2008

opbrengst

Ik heb €78,23 opgehaald voor tegen de kanker. Tijdens de collecteweek van 1–6 september ’08 ten bate van KWF|Kankerbestrijding, oftewel het ‘Koningin Wilhelmina Fonds voor de Nederlandse Kankerbestrijding’. Let wel, Nederlandse. Belgische kankerlijers kunnen geen beroep doen op het Koningin Wilhelmina Fonds. Op www.kwfkankerbestrijding.nl is na te zien wat die landelijke deur-aan-deur-inzameling totaal heeft opgebracht. Daar is ook te zien wat die krab nu te maken heeft met kanker.

Ik ben al jaren collecteur voor het KWF, hoewel ze me vorig jaar ineens niet nodig hadden. In 2006 bedelde ik in dezelfde wijk €95,50 bijelkaar, dat is €17 meer dan dit jaar. Het eerste gevolg van de Wall Street crisis.

Een vriend wees me terecht op de minstens paradoxale situatie dat ik als grage pijproker collecteer voor de kankerbestrijding.

Probeer ik daarmee een kosmische balans in mijn voordeel gelijk te zetten? — “Ik vergiftig mijn lijf en leden, maar ik doe een werk van barmhartigheid, dus alstublieft Noodlot, reken mij mijn zonden niet aan”.

Verwacht ik stiekem een voorkeursbehandeling wanneer de longkankercellen zich gaan roeren? Ik kan in dat geval mijn lepeltjes, briefopener, kaarsendover, pennen laten zien, en al die andere parafernalia die ik de afgelopen jaren kreeg als bedankje voor ‘mijn inzet’ (welgeteld één avondje per jaar).

Daar doe ik het niet voor, maar waarom ben ik dan wèl collectant en bijvoorbeeld geen van mijn vrienden? Is het Christelijk altruïsme? Omdat mensen die ik kende en liefhad vroegtijdig aan kanker zijn doodgegaan? Het ‘goede’ van het goede doel? Burgerplicht? Verveling?

NB. Ik had vandaag voortdurend het rare idee dat het dinsdag was, terwijl het toch heus maandag 29 september 2008 is — Alzheimer?

NNBB. De spellingchecker van Word®© suggereert voor Alzheimer: ‘Alchemie’ en dat is die ziekte ook wel een beetje.

zondag 28 september 2008

ontworpen


Nu moet ik van Trouw weer het mooiste Nederlandse design noemen. Wat is dat toch, al die afvalraces en competitie? Op TV en nu dus weer bij Trouw.
Ik moest al het mooiste Nederlandse schilderij opgeven en nu dus het beste designproduct.
Ze vragen me toch ook niet naar de mooiste spijker van Nederland?
Maar goed, hier is mijn suggestie. Het is van dSIGN en het is de grafische huisstijl voor een windmolenpark voor de kust van Noord-Holland. Een proeve van het geheel:

biddend

Hoewel het in ’t leven niet schijnt te gaan om het waarom, maar om het hoe en wat, blijf ik nieuwsgierig naar een sluitend en inspirerend antwoord op de vraag naar het fenomeen ‘god’ in al haar of zijn hoedanigheden.
Vanmorgen in de kerkdienst is weer het nodige afgesmeekt van Hem. En ik vraag me af wat ik en de goegemeente nu eigenlijk verwachten.
Een bliksemschicht? Een donderende stem? Het instorten van de kerktoren? Een gevoel van vrede en rust? Tongentaal (of zoals de NBV vertaalt ‘klanktaal’, wat het er niet duidelijker op maakt)? Een visioen?
De dominee bracht in gebed de financiële perikelen van Wall Street voor God’s troon.
Nu geloof ik dat Hij niet te groot (of te klein) is om Zich te bemoeien met zelfs onze meest basale behoeften, maar wat bezielde de goede man?
Hoopte hij dat alle deskundologen, economisten, financiële experts, beurshandelaren, bankemployés, zich vol schuld en schaamte, handenwringend ter aarde storten en beloven nooit meer het belang van de bank, en hun eigen baan, vóórop te stellen ten koste van het algemeen belang?
Of wil hij dat Hij alle schulden, kredieten en hypotheken naar 0 terugbrengt?
En hij bad als voorspreker voor en namens ons als gemeente.
Of wilde deze voorganger een uitsnede van de actualiteit onder God’s aandacht brengen? Maar God heeft sowieso wel weet van onze zorgen, onze eksterogen, ons verdriet en onze pijntjes.
Of wilde dominee demonstreren dat hij de krant heeft gelezen en NOVA heeft gezien?
Maar dat had hij tijdens de koffie-na-de-dienst genoegzaam kunnen ventileren.
Mijn persoonlijk bidden is inmiddels gereduceerd tot wat gestamelde dankzegging en voorts stilte (wat nog niet meevalt, want hoe leg ik mijn gedachtenstroom het zwijgen op?).
Ik neem aan dat God daar meer behoefte aan heeft, dan de zoveelste klaagzang.
Maar wie ben ik (en wie is God)?

vrijdag 26 september 2008

ongesponsord

[Waarschuwing: ordinaire reclame!]

Ik heb er al één. Anders zou ik het wel weten.

Dyson maakt geen stofzuigers, maar zuigmachines.

Ik weet zeker dat Dyson ervo0r gezorgd heeft dat de Nederlandsche huisman aan het zuigen is geslagen.

De apparaten van Dyson zijn mini-fabrieken om mee te zuigen.

Mijn model is van de 2de of 3de generatie, grijs met gele accenten, maar de serie die ze sinds kort voeren is watertandend mooi.

Geheimzinnig zwart met ‘koperen’ accenten; een machine uit het stoomtijdperk, maar dan van de 24ste eeuw. Ofzo. En met een telescoopbuis als een schietgeweer uit Star Wars.

Zou ik mijn ‘oude’ en nog goed werkende exemplaar met bijbetaling kunnen ruilen voor de DC-22 Dyson ‘Motorhead’?

[Ik ben geen buzzer en krijg niets betaald voor deze ordinaire reclame]

dinsdag 23 september 2008

krach

Even in such a time of madness […] a great many man in Wall Street remained quite sane. But they also remained very quiet. The sense of responsibility in the financial community for the community as a whole is not small: it is nearly nil. Perhaps this is inherent—in a community where the primary concern is making money, one of the necessary rules is to live and let live. To speak out against madness may be to ruin those who have succumbed to it. So the wise in Wall Street are nearly always silent. The foolish thus have the field to themselves. None rebukes them.

No one was responsible for the great Wall Street crash. No one engineered the speculation that preceded it. Both were the product of the free choice and decisions of thousands of individuals. The latter were not lead to the slaughter. There were impelled to it by the seminal lunacy which has always seized people who are seized in turn with the notion that they can become very rich. […] There was none who caused it.

The machinery by which Wall Street separates the opportunity to speculate from the unwanted returns and burdens of ownership is ingenious, precise and almost beautiful. Banks supply funds to brokers, brokers to customers, and the collateral goes back to banks in a smooth and all but automatic flow. Margins—the cash which the speculator must supply in addition to the securities to protect the loan and which he must augment if the value of the collateral securities should fall and so lower the protection they provide—are effortlessly calculated and watched. The interest rate moves quickly and easily to keep the supply of funds adjusted to the demand. Wall Street, however, has never been able to express its pride in these arrangements. They are admirable and even wonderful only in relation to the purpose they serve. The purpose is to accommodate the speculator and facilitate speculation. But the purposes cannot be admitted. If Wall Street confessed this purpose, many thousands of moral men and women would have no choice but to condemn it for nurturing an evil thing and call for reform. Margin trading must be defended not on the grounds that it efficiently and ingeniously assists the speculator, but that is encourages the extra trading which changes a thin and anemic market into a thick and healthy one. Wall Street, in these matters, is like a lovely and accomplished woman who must wear black cotton stockings, heavy woolen underwear, and parade her knowledge as a cook because, unhappily, her supreme accomplishment is as a harlot.

Nee, deze citaten komen niet uit het Financiëel Dagblad van gisteren maar uit The Great Crash, een boek van John Kenneth Galbraith van 1955 over de Krach van 1929.

[Anemic betekent ‘zwak’]

zondag 21 september 2008

weertje


Aan de andere kant; het was wel mooi weer, afgelopen vrijdag.
Posted by Picasa

hoofdstuk

Onder het motto ‘wie niet horen wil…’
1 De arm van de heer is niet te kort
om te redden,
zijn gehoor niet te zwak om te luisteren—
2 jullie wangedrag is het dat jullie en je God
uit elkaar heeft gedreven;
door jullie zonden houdt hij zich verborgen
en wil hij je niet meer horen.
3 Want jullie handen zijn besmeurd met bloed,
je vingers bezoedeld door wandaden,
je lippen spreken leugens, je tong prevelt bedrog.
4 Geen aanklacht is nog zuiver,
geen rechtszaak wordt eerlijk gevoerd.
Ze vertrouwen op leegte
en spreken bedrieglijke taal,
ze zijn zwanger van onrecht en baren misdaad.
5 Ze broeden slangeneieren uit,
ze weven spinnenwebben.
Wie hun eieren eet zal eraan sterven;
als er één wordt ingedrukt,
komt er een adder uit.
6 Hun spinnendraden zijn ongeschikt voor kleding,
wat zij maken kan niet worden aangetrokken.
Hun daden zijn heilloze daden,
hun handen staan naar geweld.
7 Hun voeten snellen naar het kwaad,
ze haasten zich om onschuldig bloed te vergieten.
Hun plannen zijn heilloze plannen,
verwoesting en rampspoed vergezellen hen.
8 De weg van de vrede kennen ze niet,
waar zij gaan is geen recht te ontdekken.
Ze begeven zich op kronkelpaden;
wie daarop wandelt kent geen vrede.
9 Daarom blijft het recht ver van ons
en is gerechtigheid voor ons onbereikbaar.
Wij hopen op licht, maar het is duister,
op een sprankje licht,
maar we dolen in het donker.
10 We tasten als blinden langs de muur,
we tasten rond als iemand die niets kan zien.
Op klaarlichte dag struikelen we
alsof het schemert,
in de kracht van ons leven lijken we dood.
11 Wij allen grommen als beren,
we klagen en kreunen droevig als duiven.
Wij hopen op recht, maar het is er niet,
op redding, maar ze blijft ver van ons.
12 Want talloos zijn onze misdaden jegens u,
onze zonden getuigen tegen ons.
We zijn ons van onze misdaden bewust
en erkennen ons wangedrag:
13 we zijn opstandig en de heer ontrouw,
we zijn afvallig van onze God,
we zijn belust op bedrog en onderdrukking,
zwanger van leugens
brengen we onwaarheid voort.
14 Het recht is verdrongen
en de gerechtigheid blijft ver van ons;
de waarheid struikelt op straat
en de oprechtheid krijgt nergens toegang.
15 Zo laat de waarheid verstek gaan,
en wie het kwaad wil mijden, wordt uitgebuit.
Maar de heer zag het,
en het was slecht in zijn ogen
dat er geen recht meer was.
16 Hij zag dat er niemand was,
hij was geschokt
dat niet één mens zijn zijde koos.
Op eigen kracht bracht hij redding
en zijn gerechtigheid spoorde hem aan.
17 Hij gordde het harnas van de gerechtigheid aan
en zette de helm van de redding op zijn hoofd.
Hij deed het kleed van de vergelding aan
en hulde zich in de mantel van de strijdlust.
18 Hij zal ieder naar zijn daden vergelden:
woede voor zijn vijanden,
wraak voor zijn tegenstanders;
ook op de eilanden wreekt hij zich.
19 In het westen zal men
de naam van de heer vrezen
en in het oosten zijn majesteit.
Want hij zal komen
met de kracht van een rivier
in een smalle bedding,
20 Hij zal als bevrijder naar Sion komen,
naar allen uit Jacobs nageslacht
die met de misdaad breken–spreekt de heer.
Uit het bijbelboek Jesaja, hfdstk. 59, rgls. 1–20, vlgns. de Nieuwe Bijbelvertaling (uitg. KBS-NBG-VBS)

woensdag 17 september 2008

jaloers

Wanneer je, zoals ik, je staande weet te houden dankzij Paroxetine en Mirtazapine moet je eigenlijk niet naar Lucinda Williams luisteren.

Wanneer zij met haar gruiselige stem zingt over ‘Lonely Girls’ dan komt als een grauw-grijze deken een gevoel van acute somberheid over je heen.

Toch wil ik hier een plei dooien voor haar muziek, haar stem, haar voordracht èn haar teksten.

Zoals deze:

I ENVY THE WIND
THAT WHISPERS IN YOUR EAR
THAT HOWLS THROUGH THE WINTER
THAT FREEZES YOUR FINGERS
THAT MOVES THROUGH YOUR HAIR
AND CRACKS YOUR LIPS
THAT CHILLS YOU TO THE BONE
I ENVY THE WIND

I ENVY THE RAIN
THAT FALLS ON YOUR FACE
THAT WETS YOUR EYELASHES
AND DAMPENS YOUR SKIN
AND TOUCHES YOUR TONGUE
AND SOAKS THROUGH YOUR SHIRT
AND DRIPS DOWN YOUR BACK
I ENVY THE RAIN

I ENVY THE SUN
THAT BRIGHTENS YOUR SUMMER
THAT WARMS YOUR BODY
AND HOLDS YOUR IN HER HEAT
THAT MAKES YOUR DAYS LONGER
AND MAKES YOU HOT
AND MAKES YOU SWEAT
I ENVY THE SUN

[»I Envy the Wind« van Essence © 2001 UMG Recordings Inc.]

Stop met waarmee u bezig bent en koop, leen, download, rip alle meesterwerken van deze Koningin van Hartzeer, Melancholie, Weemoed en Onvervuld Verlangen.

Dooper

Leo Dooper is een onverklaarbaar onbekend beeldend kunstenaar die vlak aan de (Utrechtse) Vecht woont en werkt.

Hij maakt kleurige schilderijen, die u beslist eens moet bekijken, en hij dicht.

Zoals:

Binnen vier muren

De huiselijke vrede vertoont sporen
van gewenning, de dag bedekt gesprekken
met een camouflagenet. Het weer spreekt elk
seizoen zijn voorkeur uit voor winter.
Een zwerfkat in de achtertuin eist
nier-dieet in plaats van vis-paté
van Albert Heijn.

Onzichtbaar loopt een draad tussen baren
en de laatste spierbeweging. Hoe kan men
weten van herinneringen als
handelingen vanuit
het ogenblik ontstaan?

De schemeravond zet zijn geld in op verglijden
van licht naar donker. De zuidenwind
raakt 's nachts van streek daar hij
zijn makkers mist.

De trap kraakt
net als andere dagen.
De klok tikt uren weg op
het tempo van hun evenbeeld. Niets is
veranderd sinds de dag daarvoor, waardoor
geluk aantoonbaar wordt.

Meer info: http://www.vechtkronkels.nl/