woensdag 3 november 2010

vegetatief

Ik ben vervreemd van mezelf, want ik weet nauwelijks waarom ik doe of laat wat ik doe en laat. Bijvoorbeeld: ik rook. Ik weet dat roken ongezond is. Het gaat dus in tegen mijn biologische drang om te overleven. Ik ga bewust in tegen mijn eigenbelang. 

Maar eigenlijk wil ik niet eens weten waarom ik toch rook. Of leef, zoals ik leef. De meeste tijd kies ik ervoor te leven in een zalig niet-weten, een niet-bewustzijn. Ik stel me tevreden met m’n vervreemdheid. Uit lamlendigheid, angst voor het onbekende, gebrek aan ruggegraat, passieloosheid, gebrek aan vertrouwen of/en pijnvermijding. 

[Misschien is dat wel het tweeledige van het aloude verhaal van de Oermens, Adam & Eva, en hun eten van de boom van kennis van goed & kwaad. Dat de schrijver van die mythe (maar daarom niet minder waar) de duivel de vrucht laat aanprijzen, is misschien wel met de bedoeling om die drang tot weten in een kwaad daglicht te stellen]. 

Pas in momenten van crises [ziekte, dood] word ik ruw wakker geschud uit dit on-bewustzijn. [On-bewustzijn in dezelfde betekenis als onland—wel een land, maar geen goed land]. En dan komen die verschrikkelijke waarom-vragen naar boven. Die vragen zijn te groot om bewust te beantwoorden. En de schaarse antwoorden zijn zo zonder troost en erbarmen. Want die zeggen namelijk dat er geen reden is, geen zin, geen daarom. 

Mijn geloof in God & al die dingen zet dat bewustzijn tussen haakjes. En maakt dat ik me niet van vijfhoog naar beneden stort. Geloof wordt als het ware over mijn bewustzijn geschoven. En door dat geloof komt er troost. Het geloof dat de verpletterende werkelijkheid niet het laatste is. Dat er met moeite en pijn, zoals met een geboorte, een nieuwe hemel en aarde aan het komen is. En zoals een moeder niet meer de helse barenspijn voelt wanneer de pasgeborene op haar boezem ligt, zo zal de levenspijn van het nu wegvallen wanneer “all the colors bleed into one.” 

Maar ik weet: het is valse troost, want ik laat gewild en bedoeld de waarom-vragen onbeantwoord. Ik misbruik God als een dun doekje tegen het bloeden. En zo wil Hij niet zijn.

Hoe lang sta ik mezelf toe zo door te vegeteren?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten