maandag 15 september 2008

broederlijk

Mijn broertje uit Zürich was over uit Zwitserland, afgelopen zaterdag. Hoewel ik hem eerder dit jaar al lijfelijk heb meegemaakt was ik nogal opgewonden om hem te treffen. Dankzij mijn onovertroffen zus, die een gezamenlijk etentje voorstelde op een plek in het midden des lands.

En zo kon ik hem in mijn armen sluiten op perron 19.

Het deed me enorm goed hem weer te zien — mijn omhelzing had bijna iets wanhopigs. Ik wilde van alles zeggen, maar kon geen woorden vinden voor mijn emoties.

Het eten (Turks) was heerlijk en zo was het zitten naast hem. Zusterlief was er natuurlijk ook bij, maar ik heb eerlijk gezegd (en tot mijn schande) weinig aandacht aan haar besteed.

Ik kon mijn gevoelens van blijdschap niet in spreektaal uitdrukken. En ik kan dat eigenlijk nog steeds niet.

Nu ben ik aan het bedenken wat dat is: broederliefde (en zusterliefde).

Ik kan met mijn broertje praten over leven, geloof, kunst, muziek, filosofie. Ik kan enorm met en om hem lachen. We hebben een aantal interesses, voorkeuren en smaken gemeen; en een heleboel niet. En we hebben onder mekaar aan veel halve woorden genoeg.

Maar ik heb een paar goede vrienden waarvoor het bovenstaande net zo geldt. En toch zijn mijn gevoelens voor mijn broer anders (maar niet minder heftig).

Wat maakt die voor mijn broer zo bijzonder?

Is het om wat we samen hebben meegemaakt en doorstaan? Maar met genoemde vrienden heb ik ook heel wat doorgemaakt. En veel heb ik geleerd van en door hen, wat ik niet zo van mijn broer heb opgepikt (en andersom).

Dus waarom was ik zo trillerig bij het vooruitzicht hem weer te zien? En bijna tot tranen geroerd hem daadwerkelijk te omarmen? Is het omdat ik hem een lange tijd niet gesproken had (allebei druk-druk-druk)? Mijn zus belt me wekelijks, en elke keer ben ik blij haar te spreken.

Is het de ‘bloedband’? En wat zeg je daar dan eigenlijk mee? Heb ik die gevoelens niet, wanneer onverhoopt mocht blijken dat hij of ik geädopteerd is en we geen genen delen?

Want daar moet ‘t ‘m toch in zitten, de genenpool die we van onze ouders hebben doorgegeven gekregen.

Familie, het is een bijzonder ding.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten